XII.3
Raymond De Baets
1887

HOME PAGE
Contact
Web-Links
Historische Documenten
Stamlijst
I - Adriaan (±1510)
II - Joris (±1540)
III - Joris (±1570)
IV - Adriaan (±1600)
V - Joris (1623)
VI - Pieter (1661)
VII - Jan (1706)
VIII - Maarten (1738)
IX - Pieter (1776)
X - Carolus Franciscus (1804)
XI - Alexander (1859)
XII - Raymond (1887)
XIII - Roger (1913)


Vorige pagina...

De "Spaanse griep" verspreidt zich in 1918 razendsnel wereldwijd en in Europa

De epidemie die in de geschiedenis bekend staat als "Spaanse griep" woedde in 1918 - 1919 meer dan één jaar lang en maakte op die tijd meer slachtoffers dan de Eerste Wereldoorlog. Naar schatting zijn er in 1918 en 1919 twintig miljoen mensen aan de gevolgen van de ziekte overleden, van wie 2,6 miljoen in Europa. De Spaanse griep werd zo genoemd omdat de eerste berichten over de ziekte einde mei 1918 uit Madrid schijnen te zijn gekomen. In werkelijkheid had zij met Spanje alleen maar dit te maken, daar zij ook daar veel slachtoffers heeft geëist. Naar alle waarschijnlijkheid is het Amerikaanse Boston de haard van de epidemie geweest. Van daaruit heeft de ziekte zich over de Verenigde Staten verspreid.

Was het virus van de Spaanse griep een gemuteerd varkensvirus uit China of een gemuteerd vogelgriepvirus? In een Amerikaanse studie verschenen op 5 februari 2004 op de webstek van het vakblad Science wordt een model voorgesteld van het eiwit dat het Spaansegriepvirus gebruikte om cellen binnen te komen (het hemaglutinine-membraan-glycoproteïne of HA). Het HA van de Spaanse griep gelijkt sterk op dit van vogelgriepvirussen, rapporteren de Amerikanen, en dat geeft te denken, want vogelgriepvirussen besmetten zelden mensen. Mogelijk ontstond de Spaanse griep nadat zo'n vogelvirus een gevaarlijke wijziging onderging, waarna het ook voor mensen erg besmettelijk werd. (naar Hilde Van den Eynde in De Standaard 06.02.2004).

Toen de Amerikaanse troepen naar Europa kwamen, om zich hier in de strijd tegen Duitsland te mengen (de eerste manschappen van generaal Pershing arriveerden op 26 juni 1917 in Frankrijk) brachten zij de ziektekiemen met zich mee. Razendsnel hebben die zich over een groot stuk van de wereld verspreid. Het grootste aantal slachtoffers maakten zij in de streken die door de langdurige oorlog uitgeput en weerloos waren geworden.

Is het tengevolge van de "Spaanse griep" of van een andere ziekte dat Raymond gehospitaliseerd wordt in 1918 ? De volgende data worden vermeld op een fiche waarbij hem een toelage van 300 frank wordt toegekend :
11.3.18 : évacué sur l'Hop Gle Grav. Calais (afgevoerd naar het algemeen hospitaal te Gravelines (?) Calais)
21.3.18 : évacué sur l'Hop mil de Mortain. Dus wordt hij vermoedelijk na 10 dagen overgeplaatst van een burgerlijk naar een van de in 1915 opgerichte Belgische militaire hospitalen in Frankrijk, in Mortain (departement Manche).
2.4. 18 : évacué sur l'Hop mil St. Lunaire (een ander Belgisch militair hospitaal opgericht in een hotel van de "Fondation de Broqueville" in Saint-Lunaire (Dinard) bij Saint Malo (departement Ille-et-Vilaine in Bretagne). Volgens zijn zoon Raoul zou hij daar verbleven hebben met een zware bronchitis.
11.6.18 : En c.c. de 4 sem (c.c. = congé de convalescence = herstelverlof voor vier weken)
9.7.18 : doit rejoindre le CTAM Auvours (moet zich terug melden bij zijn eenheid in Auvours)
25.7.18 : Au CTAM 1ère Cie venu de St Lunaire (aankomst bij zijn eenheid)
5.8.18 : Au DOA Dunkerque (bij het Detachement Ouvriers Artillerie te Duinkerken)

Dan gebeurt er echter een drama...

Zijn vrouw Rachel Merckx die met de kinderen Raoul (7 jaar) en Roger (5 jaar) nog steeds in Londen verblijft, valt op 32- jarige leeftijd ten offer aan de Spaanse griep en sterft te Londen op 25 november 1918 in het dispensarium voor oorlogsvluchtelingen in de Sheffield Street (district St Martin - sub-district London Strand). Zie het eerder afgedrukte kaartje van Londen.

Uittreksel uit de overlijdensakte van Rachel Merckx door Carine De Baets aangevraagd in Londen en gedateerd 20 april 1990.

Haar overlijdensakte, opgesteld te Londen vermeldt het volgende :

N° 330
When and Where died : Twentyfifth November 1918 - War Refugees Dispensary Sheffield Street
Name and surname : Rachel De Baets
(haar meisjesnaam Merckx wordt in Engeland niet vermeld)
Sex : female
Age : 32 years
Occupation : of Woodville Road Wood Green U:D: formerly of 63 Morian Straat Ghentbrugge. Wife of Raymond De Baets Private Belgian Army
(zij werkte dus op Woodville Road en kwam van Gentbrugge Moriaanstraat 63 - Echtgenote van Raymond De Baets soldaat ("private") bij het Belgisch Leger).
Cause of death : 1. Influenza 2. Lobar Pneumonia No P.M. (?) Certified by A. A Bathe MB (zij stierf dus aan de griep verwikkeld met een longontsteking).
Signature, description and residence of informant : Georges Merckx Brother 18 Huntamoor Road Wandsworth S.W. (de overlijdensaangifte wordt dus gedaan door haar broer Georges Merckx die ook in Londen verblijft op nummer 18 in de Huntamoor Road)
When registered : Twenty Fifth November 1918
Signature of registrar : W D Parkhouse
Het overlijden heeft plaats op 25 november 1918, dus 14 dagen na de wapenstilstand van 11 november 1918.

Raymond is naar Engeland gereisd maar vermoedelijk was hij niet aanwezig op de begrafenis van zijn vrouw. Wel bracht hij speelgoed mee voor de kinderen. Wanneer zij dan naar het hospitaal gaan waar de moeder overleden is, herinnert Raoul zich dat hij en zijn broer veel geweend hebben. We weten niet waar Rachel Merckx begraven werd. Maar door het enorme aantal doden aan de Spaanse griep zullen het wel massale collectieve begrafenissen geweest zijn. Wel blijft Raymond in 1919 nog in dienst bij het Belgisch Leger in Frankrijk : van 10 juni tot 26 juni 1919 bij de SCA Duinkerken en van 27 juni tot 2 juli 1919 bij de TEI of varend personeel te Duinkerken. Naargelang de inschrijvingen op bepaalde documenten wordt hij gedemobiliseerd op 10 juli 1919 te Lyseele (Lijsele bij Alveringem) CTAM 1ste Compagnie (bis) (zijn eigen verklaringen) of op 19 augustus 1919 (inschrijving op zijn stamboekblad).

Voor zijn diensten bij het Leger bekomt hij op 18.9.1922 twee frontstrepen en op 15.11.1922 de "Overwinningsmedaille", de "Herdenkingsmedaille van de Oorlog 1914-1918" en de Herinneringsmedaille van Z.M. Albert I. Later ontvangt hij nog een medaille van de Nationale Strijdersbond - afdeling Gent waar hij op 14 oktober 1963 tot het bestuur van de 9de wijk zal toetreden als afgevaardigde van de Feest & Pers- en Propagandacommissie. De stad Gent geeft hem op 15 november 1964 een medaille "uit erkentelijkheid aan haar roemrijke zonen 1914-1918".

De totale duur van zijn diensten bij het Leger bedraagt volgens de dienst die de frontstrepen en de geldelijke toelagen toekent : 19 maanden en 21dagen "aan het front" en 2 maanden en 5 dagen "achter het front". Eerst wordt voorgesteld hem de voorziene som van 75 frank per maand dienst aan het front toe te kennen, hetzij voor 18 maanden 1.350 frank en 50 frank per maand dienst achter het front hetzij voor twee maanden 100 frank. Het totale bedrag van 1.450 frank wordt echter om een onduidelijke reden teruggebracht op 900 frank. Hij heeft echter reeds 300 frank ontvangen vóór de datum van 8 november 1920 (datum van een vragenlijst die hij moest invullen voor het "Strijdersfront". Hij was lid van de "Internationale Socialistische Bond" van Oud-strijders). Het saldo van 600 frank wordt hem dan uiteindelijk toegekend rond de maand november 1922.

Document "Strijdersfonds", ingevuld en ondertekend door Raymond De Baets op 8 november 1920

Raymond haalt zijn kinderen in de winter van 1918 - 1919 terug naar België. Zij gaan naar het Victoria Station maar de vader moet waarschijnlijk nog heel wat papieren in orde brengen voor de terugreis. Wat aanvangen met de twee turbulente zonen van zeven en negen jaar ? Raoul vertelt dat hij met zijn broer Roger aan een paal werden vastgebonden waar zij urenlang op hun vader hebben moeten wachten. Zij dachten dat hun vader hen wou achterlaten. Op de boot naar Oostende werd Roger zeeziek en moest voortdurend overgeven. De treinreis van Oostende naar Gent verliep in de sneeuw.

Een verrassende foto gemaakt op 2 februari 1919 waarschijnlijk kort na de terugkeer uit Engeland.
Links Raoul, in het midden Delphine Ghesquière, dochter van XII.1 Martha De Baets, rechts Roger

De kinderen worden naar hun 61-jarige grootmoeder Maria Theresia Stevens gebracht op de Eedverbondkaai (het toenmalige Nr 10) waar ook hun tante XII.4 Elvira De Baets verblijft, die dan nog niet gehuwd is (zij huwt op 12.4.1919 met Petrus Henricus Gustavus Nicaese. Hun zoon Gustaaf wordt in dat huis geboren op 30 mei 1920). Ook hun tante Martha, die op 28.12.1907 gehuwd was met Carolus Alphonsus Ghesquière, woont daar tot in 1928 met hun dochter Delphine. Het huis werd gesloopt in de jaren 1960. Ook de grootmoeder Eugenia Carolina Spanoghe zou terug naar België gekeerd zijn. Zij overleed inderdaad in Gent op 5.4.1925.

De beide jongens gaan in de winter van 1918 - 1919 naar school in de Van Monckhovenstraat. Raoul herinnert zich dat het zeer koud is, dat zij wintervoeten hebben ("engelures") en veel te kleine schoenen. Wanneer hun vader Raymond op 10 juli 1919 het Belgisch Leger in Frankrijk (Dunkerque) mag verlaten, keert hij terug naar Gent naar de Eedverbondkaai.

Vervolg Raymond...